Pagina 55 van: Aandrijftechniek – nummer 4 – 2017

TECHNIEK Automatisering
www.AT-aandrijftechniek.nlMEI 2017 AT AANDRIJFTECHNIEK 55
en processen streven naar meer produc-
tieflexibiliteit. Het liefst zo flexibel dat
batchgrootte 1 werkelijkheid wordt. Maar
ook processen kunnen efficiënter, flexibe-
ler of effectiever worden uitgevoerd. Jaap
Bazuin van Heidenhain Nederland over de
Smart Industry-ontwikkeling: “De techno-
logie en producten die veel van ons leve-
ren, bevatten al alle of nagenoeg alle in-
grediënten die voor Smart Industry nodig
zijn. Ik denk dat het daarbij niet zozeer
om de batchgrootte gaat maar meer om
verbetering van de efficiëntie. Daar zijn
onze ontwikkelingen ook op afgestemd.”
Batchgrootte 1
Anton van Zeijst van Bemet International
ziet belangrijke voordelen voor de proces-
sen van de maakindustrie: “Door de ont-
wikkeling naar Smart Industry moeten
veel productiebedrijven zich nadrukkelij-
ker bezighouden met de inrichting van en
voorbereiding op het productieproces. Als
dat goed wordt gedaan, kan de stap naar
Industrie 4.0 worden gemaakt. En als dan
uiteindelijk een keer batchgrootte 1 nodig
is, dan zijn daarvoor alle randvoorwaar-
den gecreëerd.” Ingrid Coffeng van
Dymato: “De nadruk op die batchgrootte
van 1 is voor veel klanten niet aan de
orde. Het overgrote deel is actief in een
wereld waar kleinere of grotere series
worden geproduceerd. En dat vraagt weer
om een heel andere benadering.” Bram
de Koning van Cellro benadert het vraag-
stuk procesmatig: “Met de ontwikkeling
richting Smart Industry raakt het begrip
voorraad steeds verder uit beeld. Bedrij-
ven willen geen voorraad meer en kiezen
ervoor om steeds kleinere seriegroottes te
gaan maken. Een andere mogelijkheid is
om het risico dat een grote voorraad met
zich meebrengt naar andere ketenpartijen
te verschuiven.” John Kooning van DMG
Mori over de Smart Industry-ontwikkelin-
gen: “De koppeling naar het ERP-systeem
van klanten zie je steeds belangrijker wor-
den. Dat kan ook heel soepel, bewijst
Celos. Hiermee wordt de smartverbinding
van planning naar productie gemaakt
zodat de informatiestroom zich niet be-
perkt tot het kantoor.”
Intensiever samenwerken
Die trend naar ‘build to order’ klinkt als
een droom. Maar veranderingen die
plaatsvinden, zullen ook betaalbaar moe-
ten blijven. Is dat mogelijk? Theo Coffeng
van Dymato daarover: “Het klinkt inder-
daad goed maar bedrijven die dat ‘build
to order’-concept hanteren, zijn over het
algemeen niet goed ingesteld op Smart
Industry. Waar het om draait is een goede
ketensamenwerking: producent, leveran-
cier en afnemer die de handen ineen
slaan voor een product dat efficiënt en
betaalbaar kan worden gemaakt.” Die in-
tensievere samenwerking lijkt met de
komst van Smart Industry onvermijdelijk.
En dat betekent dat er ook eens over de
grens van de eigen technologie en het
eigen bedrijf moet worden gekeken. Zijn
Nederlandse bedrijven daar al aan toe?
Werner De Ridder van Mitutoyo: “Smart
Industry zorgt inderdaad wel voor een
veel grotere transparantie.” “En door die
transparantie kan er ook een betere keuze
voor leveranciers worden gemaakt,” vult
Bram de Koning aan. “Het bestaansrecht
van een inkoper is nu gebaseerd op het
vinden van de goedkoopste oplossing.
Dat zal plaats gaan maken voor een bre-
dere visie. Naast de goedkoopste inkoop-
prijs zijn er tal van verborgen kosten. Hoe
haal je die weg? Dat zijn de vraagstukken
waar in de toekomst naar wordt gekeken.
En die toekomst is eigenlijk vandaag al
begonnen.” Theo Coffeng: “Wij merken
het nu al dat prijs alleen niet meer onder-
scheidend is. Het draait allemaal om ex-
pertise; om het vermogen om problemen
van klanten op te lossen of processen te
vereenvoudigen of efficiënter te maken.
Dat gaat ver voorbij de inkoopprijs.”
Die transparantie vergt ook het nodige
van standaarden en van de kunst om de
eigen discipline te overschrijden. Daar zijn
inmiddels ook wel al voorbeelden van.
Maar is grootschalige invoering daarvan
ook realistisch? Bram de Koning: “Door de
kleinere series worden productie en pro-
cessen steeds verder ontkoppeld. Hoe ver-
der dat is doorgevoerd, hoe eenvoudiger
het is om die stap te maken.” Werner De
Ridder: “Die transparantie, die samenwer-
king of koppeling is eigenlijk het gedach-
tengoed van samenwerking. Daar zie je
dat partijen in de keten -leveranciers van
machines, besturingen, software en ge-
reedschap- hun producten aan elkaar
‘knopen’ tot een groter geheel.” Ook
Anton van Zeijst is daarvan overtuigd:
“Alle benodigde kennis is daarvoor bij de
bedrijven aanwezig. Je moet je als leve-
rancier altijd wel blijven afvragen waar
een oplossing voor nodig is. Het gaat niet
alleen om de vraag ‘wat is het probleem?’
maar ook om de vraag ‘hoe ontwerp en
produceer je de oplossing?’ Als leveran-
cier moet je samen met je klant die vragen
zien te beantwoorden.”
Online generatie
Smart Industry staat ook voor digitalise-
ring, voor meer inzicht en betere moge-
lijkheden om te sturen. Hoe staat metaal-
bewerkend Nederland er wat dat betreft
voor? Hans van Steenis van Dormer Pra-
met: “Klanten weten die informatie, al die
Rondetafeldiscussie
Aan de rondetafeldiscussie werd deelgenomen door Gijs en
Jeroen Bender van Bendertechniek (Veenendaal), Theo en Ingrid
Coffeng van Dymato (Veenendaal), Jaap Bazuin van Heidenhain
Nederland (Ede), Hans van Steenis van Dormer Pramet (Schie-
dam), Anton van Zeijst van Bemet International (Veenendaal),
Bram de Koning van Cellro (Veenendaal) en Werner De Ridder
van Mitutoyo (Veenendaal). Aanvullend werd gesproken met
John Kooning van DMG Mori (Veenendaal).
4
Bram de Koning: “Richting Smart Industry raakt het begrip voorraad
steeds verder uit beeld.”
Werner De Ridder: “Transparantie van Smart Industry is een prach-
tig gedachtengoed.”
Ingrid Coffeng: “Niet blindstaren op batchgrootte 1 in wereld waar
seriestuks gebruikelijk is.”
54-55-56-57_rondetafelsmartind.indd 55 23-05-17 08:22