Hybride voertuigen beschikken per definitie over twee aandrijfsystemen. Eén daarvan is (meestal) elektrisch, het andere een conventionele verbrandingsmotor. In de transportsector zijn hybride (vracht)wagens op zich niet nieuw. De innovatie zit hem echter in het uitrusten van vrachtwagens met een seriehybride aandrijfsysteem.
Bij een seriehybride aandrijfsysteem worden de wielen niet aangedreven door de verbrandingsmotor maar door elektromotoren die worden gevoed via een energieopslagsysteem met zogenaamde supercondensatoren (BlueBoost) die tot één miljoen maal kunnen geladen worden.
Hybride voertuigen kunnen het brandstofverbruik en daarmee ook de uitstoot van broeikasgassen tot een derde verminderen in vergelijking met de conventionele dieselmechanisch aangedreven voertuigen. Een grootschalige introductie zou leiden tot een verminderde impact op het milieu en aanzienlijk lagere brandstofkosten voor de transportindustrie.
Seriehybride krachtbron
Een aantal partners ontwikkelt momenteel samen een nieuwe type hybride vuilniswagen. Voor het eerst kunnen vrachtwagens tot 26 ton met een seriehybride krachtbron worden uitgerust en naar verwachting vijftien liter diesel per honderd kilometer minder verbruiken dan de conventionele vrachtwagen. Dit is een primeur in milieuvriendelijk transport.
De grote uitdaging bij het uitrusten van zware vrachtwagens met een seriehybride krachtbron ligt in de autonomie van het energieopslagsysteem, die de uiteindelijke actieradius van de vrachtwagen gaat bepalen. De seriehybride technologie is gebaseerd op het recupereren en vasthouden van remenergie die vrijkomt bij voertuigen die veelvuldig stoppen. Vandaar dat vuilniswagens zich uitstekend lenen voor het toepassen van deze nieuwe technologie.