Ga naar hoofdinhoud

Hebben bio-smeermiddelen de toekomst?

De eigenschappen van smeermiddelen die minder belastend zijn voor het milieu, zijn de laatste jaren sterk verbeterd. Sommige typen hebben zelfs betere eigenschappen dan conven-tionele smeermiddelen. Toch neemt het gebruik van bio-smeermiddelen maar langzaam toe en worden de conventionele middelen nog steeds veruit het meest gebruikt.

Smeermiddelen kunnen door lekken en breuken in de bodem en in het water terecht komen en een bedreiging vormen voor flora en fauna, maar ook voor onze drinkwatervoorziening. Minerale oliën zijn voornamelijk slecht afbreekbaar en zelfs kleine hoeveelheden kunnen de groei van bomen en planten lange tijd beperken. Ook aan het gebruik van veel additieven kunnen risico’s voor mens en milieu kleven.

Bio-smeermiddelen
Smeermiddelen op basis van biologisch afbreekbare oliën en niet-toxische additieven (bio-smeermiddelen) kunnen een goed alternatief vormen om milieuvervuiling tegen te gaan. Dit geldt vooral in de landbouw (tractoren,) natuurgebieden (bosbouw- en baggermachines, kettingzagen) of bij water (waterbouwkundige objecten zoals bruggen en sluizen).

De eerste bio-smeermiddelen (op basis van pure plantaardige oliën, vaak raapzaadolie) werden dertig jaar terug gebruikt. Door de slechte ervaringen hiermee staan velen nog steeds sceptisch tegenover het gebruik ervan. Pure plantaardige oliën worden tegenwoordig vooral voor laagwaardige toepassingen gebruikt als olie die snel wordt afgebroken (kettingzaagolie).

Synthetische smeermiddelen als polyalfaolefinen (PAO’s), di-esters en polyalkyleenglycolen (PAG’s) kunnen voor allerlei hoogwaardige toepassingen (hydraulische installaties) worden gebruikt. De huidige generatie bio-smeermiddelen is van veel betere kwaliteit dan de allereerste generatie. Sommige zijn zelfs van een betere kwaliteit dan vergelijkbare smeermiddelen gebaseerd op minerale oliën. Ook de smerende eigen-schappen van de huidige bio-hydraulische oliën zijn prima.

Nadelen zijn de prijs (vanaf 30% duurder) en de mogelijke aantasting van afdichtingsmaterialen en bepaalde kunststoffen door bio-smeermiddelen.

Keurmerken
Er zijn keurmerken die criteria voorschrijven voor bio-smeermiddelen, zoals Blaue Engel, Swedish Standard, Nordic Swan, NF-Environnement en Austrian Ecolabel. De eisen voor elk keurmerk zijn weer anders en dat maakt het voor gebruikers en producenten lastig. Het Europese Ecolabel moet een overkoepelende label worden, waarin min of meer alle criteria van bestaande keurmerken zijn opgenomen. Het label beschrijft de minimale eisen waaraan een bio-smeermiddel dient te voldoen. Het let niet alleen op biologische afbreekbaarheid, maar ook op toxiciteit, bio-accumulatie en duurzaamheid.

Momenteel zijn er 25 fabrikanten die samen 87 ecolabel producten maken, waarvan 55 verschillende hydraulische bio-oliën. In Nederland zijn er nog maar drie producenten die bio-smeermiddelen maken die het Europese Ecolabel mogen voeren.

Het volledige artikel vindt u in het decembernummer van Aandrijf-techniek.
 

x
Mis niet langer het laatste nieuws

Schrijf u nu in voor onze nieuwsbrief.

Inschrijven