Eind vorig jaar organiseerde de TU Delft in samenwerking met het Sterkstroomdispuut TU Delft, IAS, Pels IEEE Power Electronics Society en DCE&S een symposium met de inspirerende titel ‘Electrical Drives for Sustainable Air Transport’. Een interessant evenement waarbij de mogelijkheden en onmogelijkheden van elektrische aandrijvingen aan bod kwamen met betrekking tot vliegtuigen in breder perspectief. Maar krijgt de luchtvaart met meer elektrische aandrijvingen ook vleugels?
In conventionele vliegtuigen zijn een aantal verschillende aandrijfsystemen in bedrijf. Afhankelijk van de omstandigheden of functies worden deze elektrische, mechanische, hydraulische en pneumatische systemen zelfstandig ingezet of in combinatie met elkaar. Elk systeem kent voor- en nadelen. Zo is bekend dat een hydraulisch en/of een pneumatische systeem veel van het totale motorrendement opslokt. Dit is een van de redenen dat er een energietransitie moet gaan plaatsvinden van dergelijke krachtsystemen naar een overkoepelend elektrisch systeem om de uitstoot van CO2 en het brandstofverbruik te reduceren. Het onderzoek hiernaar heeft geleid tot een stapsgewijze ontwikkeling van een hybride vliegtuig naar het volledige elektrische vliegtuig. Naast de eerder aangehaalde voordelen van reductie van de CO2 en het brandstofverbruik zijn er nog andere voordelen te noemen. Denk hierbij aan verbetering van de betrouwbaarheid, minder onderhoud, minder emissies, minder technische ondersteuning en het verlagen van de bedrijfskosten. Ook de toename van de efficiëntie, gewichtsreductie en minder volume voor de conventionele aandrijfsystemen zijn niet te onderschatten pluspunten. Tijdens het symposium gingen een viertal sprekers in op de verschillende aspecten van deze transitie; Mark Gerber (Aeronamic Aircraft Subsystems, Almelo), C. Gerada (University of Nottingham), Barry Mecrow (Newcastle University) en tot slot Henk Polinder (TU Delft).
Zonne-energie
Barry Mecrow ging in op het initiële concept van de productie van onbemande, door zonne-energie voortbewogen vliegtuigen. Hij ziet dergelijke toestellen vooral hun diensten bewijzen op het gebied van onderzoeks- en reddingsoperaties, observaties van de aarde, het monitoren van agrarische gronden en voor surveillance binnen militaire operaties. Het betreft het Zephyr vliegtuig, een project van QinetiQ, een spin-off van het UK Government’s Defence Evaluation and Research Agency. De Newcastle Universiteit heeft hiervoor de motoren en de elektronica ontwikkeld en het vliegtuig heeft nog altijd het record op het gebied van het non-stop vliegen op zonne-energie, namelijk twee weken.
Het volledige artikel vindt u in het februari/maartnummer van Aandrijftechniek.