Op de SPS/IPC/Drives 2008 stond deze Lindauer Dornier weefmachine. Wie verder keek, zag dat de aandrijfkast van plexiglas was voorzien om de aandrijving op de voorgrond te plaatsen. In plaats van conventionele nokkenaandrijving zorgden twee lineaire motoren voor de aandrijving van de schachten.
De Universiteit München geeft studenten van de ‘Lehrstuhl für Werkzeugmaschinen und Betrienswissenschaften’ (iwb) de mogelijkheid mee te werken aan mechatronische projecten in interdisciplinaire teams. Afgelopen jaar was dat de ombouw van een bestaande Lindauer Dornier weefmachine naar een high-tech instelbare aandrijving, met als hoogtepunt de presentatie op de SPS/IPC/Drives 2008 in Neurenberg.
In het project zaten de volgende bedrijven: ITQ, Lindauer Dornier, B&R Industrie-Elektronik en Baumüller. Bij de weefmachine worden de twee schachten aangedreven door een conventionele nokkenaandrijving. Voordelen hiervan zijn de robuustheid en de hoge snelheid waarmee de weefmachine kan werken. Een nadeel ervan is dat de schachtbeweging en het daarbij behorende bewegingsprofiel vastligt en alleen veranderd kan worden door een mechanische ombouw.
Twee lineaire motoren drijven nu de schachten aan van deze high tech weefmachine (foto: Paul Quaedvlieg)
Om het ombouwen goedkoper en flexibeler te maken, bedacht het interdisciplinaire team een nieuw concept. Na analyse van de verschillende mogelijkheden kwam er een oplossing uitrollen met lineaire motoren. Deze worden nu aangestuurd door eigen ontwikkelde software en bewegen middels virtuele nokkenschijven voor een optimale bewegingscyclus. Veranderingen zijn nu zeer snel door te voeren.
Om de studenten voor te bereiden op het ‘real life’ in de industrie, kreeg elke deelnemer binnen het team een aparte functie, zoals projectleider, constructie, besturing, motion control specialist e.d. Met speciale project management software werd de gehele voortgang in goede banen geleid en konden mechanica, elektronica en software optimaal op elkaar worden afgestemd.