CAN in Automation (CiA) in Erlangen heeft het CANopen Gebruikersprofiel CiA 416 voor de besturing van draai- en schuifdeuren in gebouwen geactualiseerd en gepubliceerd. De vereniging heeft de specificatie opnieuw gerangschikt, de versleuteling en de automatische toewijziing van apparaatadressen (Node claiming) verbeterd en nieuwe virtuele apparaten gedefinieerd. De eerste besturingen volgens het nieuwe profiel zijn reeds beschikbaar.
Het profiel maakt het door ‘plug and play’ mogelijk apparatuur in draai- en schuifdeuren in CANopen netwerken te gebruiken. Deuren in gebouwen verbinden via netwerken deursloten, sluitcilinders, deurgrepen, kaartlezers, positiesensoren, bewegingsmelders enzovoorts. Plug-and-play betekent hier dat ook apparaten van verschillende fabrikanten met elkaar kunnen communiceren.
Het Plug-and-play gedrag is gebaseerd op het concept van ‘virtuele apparaten’. Als voorbeeld: een sensor in een sluitcilinder en eentje in de deurgreep hoeven niet in verschillende fysieke apparaten te zijn geïmplementeerd. Omdat beide in de specificatie zijn gedefinieerd als viruteel apparaat kan de fabrikant ze in hetzelfde apparaat implementeren. Maar als hij dat niet wil, kunnen ze nog steeds in twee verschillende apparaten zijn geïmplementeerd. Een netwerk hoeft niet extra te worden geconfigureerd om virtuele apparaten te gebruiken.
CiA 416 definieert bovendien een verbeterde Node claiming methode en een framework voor dataversleuteling. De Node claiming methode gebruikt het Identity Object, dat bestaat uit de CANopen Vendor-ID, de productcode, de revisie- en het serienummer. De dataversleuteling is noodzakelijk om de deuren te bewaken tegen niet-geautoriseerd openen. (foto: DoorCon)
