Vorige maand ging er een video viral van de Straight Line Business School. Daarin een interview met innovatiestrateeg Marianne Zwagerman. Op zich niets bijzonders zo’n interview, totdat ze ineens fel uitvalt naar één van de aanwezigen die het had over laagopgeleid personeel. “Laten wij ophouden die term ‘laag’ te gebruiken, die mensen zijn ‘praktisch’ opgeleid,” was haar reactie. “Als jij tegen kinderen zegt, je bent laag, dan heeft dat een enorme impact.” Op zich wel goed dat zo’n filmpje viral gaat, want ze heeft wel een punt met de term praktisch versus laag.
Zelf vond ik het ook niet leuk toen ik op de HTS te horen kreeg om eerst maar eerst de praktijk te gaan leren op de MTS. Als Havist had ik de te hoge sprong genomen en was er na het eerste semester weer keihard afgevallen. Achteraf gezien heb ik gewoon een toptijd gehad op de MTS, ook de stages hebben mij gevormd. Die stages op zich waren leerzaam, maar de meeste lol had ik in het maken van de stagerapportages. Tekeningen maken, teksten erbij typen op vaders typemachine, ik vond het geweldig. Uiteindelijk bleek de combinatie van tekst en techniek het beste te passen bij mij, hetgeen resulteerde in een loopbaan die varieerde van cleanroomtechnician via technisch illustrator en technical writer tot journalist in de techniek.
Maar eerlijk is eerlijk, als mijn vaatwasser stuk is, als mijn auto onderhoud nodig heeft, of als ik een designradiator in mijn badkamer wil hebben, heb ook ik praktisch opgeleide mensen nodig. Mensen met handige handen, maar ook met vakkennis. Soms probeer ik wel eens handig te zijn, maar echt trots op de spaghetticonstructie van leidingen onder de aanrecht ben ik niet. Nu die afvoer gaat haperen, zal ik toch maar eens de specialist inschakelen, die is immers praktisch opgeleid!